Na een professionele periode in het bedrijfsleven heb ik voor gezondheids- en klinisch psycholoog gestudeerd om psychotherapeut te worden. Door zelf therapie te volgen en door dit beroep uit te oefenen is mijn kijk op de mens en de wereld veranderd. De werking van psychotherapie zie ik als volgt:
Vanaf de geboorte maken we denksporen in ons brein. Dit zet zich door tot op het einde van ons leven. Ons brein is best te vergelijken met een apparatuur, in staat om te horen, te spreken, te zien, te ruiken, te tasten, te voelen … en te registreren. De baby lacht terug, het heeft zijn apparatuur gebruikt, geregistreerd en kan het lachen snel nabootsen, mimeren. Later kan de baby spreken, lopen, reageren … eigenlijk alles wat het nodig heeft. Je zou dit moderne app’s kunnen noemen en in ons leven zijn we in staat om er zo veel te ontwikkelen.
Het leven is niet alleen gelukzalig nabootsen, we ervaren tegenkantingen. Niet alleen de deugddoende glimlach wordt gemimeerd. We zijn in staat alles en zelfs selectief te mimeren.
Om tegenkantingen te weerstaan ontwikkelen we verdedigingsmechanismen. App’s, waarmee we trachten een evenwicht te vinden tussen lust en onlust, aangenaam en onaangenaam, streven om te leven, of soms juist niet, om lijden te verminderen en soms ook niet. Een leven in balans is onmogelijk vast te houden, er is steeds disharmonie.
De apparatuur, de hardware is geërfd, het genetisch materiaal. Meer en meer ontdekken wetenschappers dat door ons leven die apparatuur zich ook aanpast, er is wederkerigheid. De genetica is wetenschappelijk epi-genetica geworden, ze bestudeert de omkeerbaarheid van erfelijke veranderingen in de gen-functie.
Onze verdedigingsmechanismen helpen ons jarenlang. Door omgevingsveranderingen blijven ze niet altijd functioneel. In de thuisomgeving kunnen ze werken maar daarna in de klas, op het werk, in de maatschappij, in een relatie blijken ze niet doeltreffend. We geraken in de knoop.
Wat doen we in psychotherapie? De therapeut speelt eigenlijk die Ander(en) waar je zoveel van gemimeerd hebt. Maar de therapeut is slechts de veronderstelde Ander. Deze veronderstelde Ander stelt je in staat om jezelf terug te vinden. De ego die ik echt ben, die ik voordien was, voor ik al die aangereikte app’s ben gaan toepassen. Psychotherapie is dus iets anders dan een babbeltje slaan, omdat de wederkerigheid ontbreekt, je moet van die therapeut niets nabootsen. Je kunt het voor jezelf gaan doen. De therapeut stelt je in staat jezelf te observeren, hoe jij functioneert. Tijdens dit proces ontwikkel je eigen app’s.
Het klinkt onwerkelijk. Opnieuw starten, geleidelijk aan, soms van begin af aan, is tijdrovend. Je eigen verhaal schrijven, dat zo lang met behulp van anderen geschreven werd, is een verfrissende bezigheid, het fleurt op. Tussendoor kan het lastig zijn, want dat Andere verhaal wordt niet zomaar weggeveegd, er blijven zeker restanten.
Vrijuit spreken is ook nieuw. Het kan stroef verlopen, gehakkeld of er is een waterval. Een recente tactiek is spreken met behulp van EMDR. Door met de hand voor de hogen te bewegen bootst de psychotherapeut een kleine beetje de diepe REM-slaap na. Volgens slaapdeskundigen is dit de verwerkingsfase van de slaap. Die fase ontbreekt bij slecht slapen of onder invloed slapen. Dit kan het verwerkingsproces een handje toesteken maar het dient behoedzaam te worden gebruikt. De bestaande app’s kunnen raar reageren. Het is zeker niet altijd en overal te gebruiken. Er is een vertrouwelijke en geruststellende therapeutische setting vereist.
Psychotherapie kan je stoppen maar het eindigt nooit, het werkt verder, het blijft daar, ongemerkt, je groeit in je eigen richting. Achteraf zie je de resultaten.
Meer informatie over mij vindt u hier.
- blog van Jaak Vermeiren
- login om te reageren
- Printvriendelijke versie